De jaarlijkse discussie over Zwarte Piet maakt tongen los die praten over: racisme, intolerantie, slavernij, immoraliteit, gespleten samenleving, polarisatie, fanatisme…
In 2013 diende zich opnieuw de vraag aan of Zwarte Piet zijn oude baas zal vergezellen op diens tocht naar de Lage Landen. Krijgt Piet de zak? Mist hij de boot en blijft hij achter in Spanje, zittend op de schopstoel?
Eberhard van der Laan onderschrijft in zijn oproep aan de Amsterdamse gemeenteraad (verkorte versie in NRC Handelsblad, 2 november 2013) de mening van Hoofdpiet Eric van Muiswinkel. Hij schrijft: ‘Zwarte Piet moet natuurlijk blijven maar we moeten ermee doorgaan om Piet steeds minder zwart en minder knecht te maken (NRC Handelsblad 22 oktober).’
Geleidelijkheid is hierbij het toverwoord. Diep houtskoolzwart verandert door de jaren heen naar een transparant roetje, waarna de Witte Piet zichtbaar wordt. Diepgelovige kinderen worden niet hardhandig uit hun Sinterklaasdroom gewekt, maar komen langzaam tot het besef dat Piet van kleur verschiet.
We schrijven het jaar tweeduizenddrieëntwintig
Sinterklaas troont deugdzaam op zijn paard Americo (wit, geel, bruin of zwart?). Hij wuift naar de Eindhovense kinderen die vooral oog hebben voor Kleurrijke Pieten die hun best doen de kinderhanden gul te vullen. Tientallen Pieten in vele kleuren en maten vertegenwoordigen alle denkbare culturele en maatschappelijke groepen. Piet is niet langer een knecht; hij is een gulle gever. Zijn grote oorringen die in tweeduizenddertien de herinnering aan de slavernij wakker hielden, zijn aangevuld met of vervangen door minuscule piercings. De krul is uit de gratie en wordt veelal gestileerd. Peroxide verbleekt zwarte pruiken. Een roodharige, uitbundig getatoeëerde Piet doet de harten feller slaan. Sinterklaas in tweeduizenddrieëntwintig (wit, geel, bruin of zwart?), een eerbiedwaardige oude baas, manager van een kleurrijk Pietenteam. Een mooi voorbeeld van het tolerante, multiculturele samenleven.
D’r valt wat voor te zeggen. Sinterklaas zal, als hij tijd van leven krijgt, de tijd van zijn leven hebben, zoekend naar een nieuwe invulling van zijn feest. Werk aan de winkel. Zijn grootste uitdaging: het onder de loep leggen van het personeelsbeleid. Immers, Piet en wellicht ook Sinterklaas kennen in de toekomst vele verschijningsvormen. Het wordt menens in Sint- en Pietenland: nul-urencontracten, flexwerkers, oproepkrachten... Zover is het nog niet. Nederland geeft Sinterklaas en Zwarte Piet in tweeduizenddertien weer ruim baan. De intochten gaan er komen, hopelijk zonder dat iemand de Zwarte Piet krijgt toegespeeld.